Toespraak van Koning Willem-Alexander bij het staatsbanket tijdens het staatsbezoek aan Frankrijk
De toespraak is uitgesproken in het Frans.
Meneer de President,
“Me tenant comme je suis, un pied dans un pays et l’autre en un autre, je trouve ma condition très heureuse, en ce qu’elle est libre.”
Deze woorden, meneer de President, zijn van René Descartes. Ze zijn te lezen op zijn huis, hier in Parijs: nr. 14, Rue Rollin.
Het ‘andere land’ waarover hij spreekt, is ons land: Nederland, waar hij een groot deel van zijn leven woonde en werkte.
Mijn vrouw en ik delen het gevoel van verbondenheid waarover Descartes spreekt. Wij zijn bijzonder verheugd hier te zijn. Dank U wel voor Uw gastvrijheid! Dank U wel voor Uw warme woorden. Dit Staatsbezoek onderstreept de speciale relatie en de vriendschap tussen onze volken.
‘Le rayonnement de la France’ – de uitstraling van Frankrijk – verwarmt ook óns in het Noorden. De liefde die veel Nederlanders voelen voor dit land, gaat diep. Frankrijk is een trotse natie, met een geschiedenis en een cultuur die sterk tot onze verbeelding spreken. Frankrijk is méér dan een groot en mooi land in het hart van Europa. Frankrijk is een inspiratie. Een stem die ons herinnert aan wezenlijke waarden.
Ook dáárom was Nederland diep getroffen door de aanslagen in januari en november vorig jaar in deze stad. Daarom deelden wij in Uw verdriet en in Uw boosheid om deze aanvallen op de vrije, open samenleving. Daarom hulden wij in november onze monumenten – waaronder het Koninklijk Paleis Amsterdam – in de kleuren bleu-blanc-rouge.
Meneer de President, U sprak na de aanslagen over ‘une France déterminée, une France unie, une France rassemblée’. Ik zou daaraan namens het Koninkrijk der Nederlanden willen toevoegen: ‘une France entourée de ses amis’.
Wij weten dat er diepe wonden zijn geslagen en dat U – samen met vele anderen in Uw land – het uiterste doet om de veiligheid te waarborgen en de vrijheid te beschermen. Laten wij vandaag samen opnieuw onze verbondenheid bevestigen. Laten wij vandaag opnieuw helder maken dat wij geloven in de waarden van vrijheid, gelijkheid en broederschap. Laten wij trots zijn op onze Europese cultuur in al haar verscheidenheid, en op onze manier van leven!
Onze trots ontslaat ons niet van de plicht eerlijk naar onszelf te kijken. Op veel klemmende vragen hebben wij nog geen adequate antwoorden.
Ik denk aan de grote toestroom van vluchtelingen. Alleen samen kunnen wij die uitdaging het hoofd bieden. Daarbij moeten wij over de grenzen van Europa heenkijken. Onze veiligheid is verweven met de veiligheid van mensen in de regio’s om ons heen. Frankrijk en Nederland ervaren onder meer in Mali en Irak en sinds enkele weken ook in Syrië hoe complex dit is..
Ook binnen onze grenzen is nog veel te doen. Vrijheid mag geen onverschilligheid worden voor het lot van medeburgers met minder kansen. Dat vraagt om openheid en om persoonlijke contacten, dicht bij huis. Het vraagt ook om perspectief op onderwijs en werk voor alle burgers. Terecht, meneer de President, beklemtoont U het belang van nieuwe banen en van groei.
De economie staat in dienst van het welzijn van de mensen. In Europa staan we voor de taak onze economieën toekomstbestendig te maken om zo kansen te creëren voor jonge mensen. Dat vergt overal moeilijke ingrepen.
Hetzelfde geldt voor de overgang naar een meer duurzame wereld. Meneer de President, de betekenis van Uw land in dit opzicht werd drie maanden geleden opnieuw duidelijk. Het was Frankrijk dat de wereld wist te winnen voor een Klimaatakkoord dat verder ging dan velen hadden verwacht.
Frankrijk verrijkt de wereld met haar leiderschap en moed, en met de vruchten van haar beschaving en cultuur.
Cultuur is iets om gul met elkaar te delen. Wij zijn trots op onze intensieve culturele samenwerking. Symbool daarvan zijn Maerten Soolmans en Oopjen Coppit. Het echtpaar – magnifiek geschilderd door Rembrandt - blijft bij elkaar. ‘Un pied dans un pays et l’autre en un autre.’ Net als Descartes...
Wij hadden natuurlijk graag ook onze sportcultuur met U gedeeld... Maar Nederland zal deze zomer niet aantreden tijdens het Europees Kampioenschap Voetbal in Frankrijk. Helaas!
Dames en heren, mag ik U vragen het glas met mij te heffen.
Op Uw gezondheid, meneer de President.
Op ons vertrouwen in de toekomst.
En op de broederschap van Frankrijk en Nederland.