November 2019
6 november: Schuldenzorgvrij
Mensen die gebukt gaan onder schulden durven gemiddeld pas na vijf jaar hulp te zoeken. Hun schulden zijn dan opgelopen tot meer dan 40.000 euro en het aantal schuldeisers tot veertien. In Nederland kampen 1,4 miljoen huishoudens met betalingsachterstanden. Om hen weer grip te geven op hun situatie en om te voorkomen dat nog meer gezinnen in de problemen komen, bundelen gemeenten, banken, maatschappelijke organisaties en de rijksoverheid hun krachten. Op 6 november vond in Utrecht een werkconferentie plaats georganiseerd door stichting SchuldenlabNL, een samenwerkingsverband van publieke en private partijen dat tot doel heeft Nederland schuldenzorgvrij te maken. Hare Majesteit Koningin Máxima nam aan deze conferentie deel, samen met staatssecretaris Tamara van Ark van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Centraal stonden methoden van schuldhulp die in de praktijk succesvol zijn. Door van elkaar te leren en gebruik te maken van methoden die in de praktijk blijken te werken, kunnen gemeenten snel meer mensen helpen.
“Wat we willen is: mensen hun leven teruggeven; mensen weer zelfvertrouwen, moed en kracht geven voor de toekomst”, zei de Koningin. “We moeten samen het taboe doorbreken. Mensen lopen veel te lang rond met hun zorgen over schulden voordat ze hulp durven vragen. Daardoor worden hun problemen zo groot dat het vele jaren kost om ze weer onder controle te krijgen. Schulden kunnen iedereen overkomen, dus niemand hoeft zich te schamen. Hoe eerder we problemen signaleren, hoe beter.”
6 november: Pleeggrootouders
Ongeveer vierduizend kinderen in Nederland wonen permanent bij hun opa en oma omdat hun vader en moeder niet voor hen kunnen zorgen. Pleeggrootouders zijn een diverse groep. Er zijn vitale vijftigers bij met een drukke baan, maar ook mensen van gevorderde leeftijd die al lang met pensioen zijn. Stichting Belangenbehartiging Pleeggrootouders Nederland staat al deze mensen met raad en daad bij. Hare Koninklijke Hoogheid Prinses Beatrix woonde op 6 november de Pleeggrootouderdag bij in Alkmaar. Zij sprak met enkele pleeggrootouders en hun kleinkinderen en hoorde meer over de mooie, maar ook de moeilijke kanten van het pleeggrootouderschap. Wat alle pleeggrootouders gemeen hebben is hun wens om zo goed mogelijk voor hun kleinkinderen te zorgen, omdat zij van dichtbij hebben meegemaakt dat hun eigen kinderen dit niet meer konden. Pleeggrootouders willen hun kleinkinderen weer gelukkig zien. Voor veel pleeggrootouders is het een opluchting als ze met andere opa’s en oma’s in een vertrouwde atmosfeer kunnen praten over hun ervaringen. Secretaris (en ervaringsdeskundige) Jos Verhoeven: “De komst van de Prinses is een opsteker voor de duizenden grootouders die voor hun kleinkinderen zorgen. Het is voor hen niet altijd gemakkelijk. Er zijn nogal wat opa’s en oma’s die zich generen omdat hun kind zijn verantwoordelijkheid niet goed aankan. De zorg voor het kleinkind wordt daarom lang niet altijd aan de grote klok gehangen.”
6 november: F-35
Eind oktober landde de eerste operationele in ons land gestationeerde F-35 op vliegbasis Leeuwarden. Het nieuwe jachtvliegtuig is de opvolger van de F-16, die meer dan vier decennia trouwe dienst heeft gedaan bij de Koninklijke Luchtmacht. Nederland is als internationale partner nauw bij de ontwikkeling en het onderhoud van de F-35 betrokken. De F-35 is niet de enige vernieuwing waarmee de vliegbasis te maken heeft. In 2020 wordt ook het eerste MQ-9 vliegtuig verwacht. De MQ-9 Reaper is een op afstand bestuurbaar, onbemand vliegtuig dat met name bedoeld is voor het verzamelen van inlichtingen. De crew bestaat uit een vlieger en een sensoroperator die hun werk doen vanuit een zogenoemd Ground Control Station. Zijne Majesteit Koning Willem-Alexander bracht op 6 november een werkbezoek aan vliegbasis Leeuwarden om meer te horen over de implicaties van de komst van de F-35 en de MQ-9. Zo zijn de infrastructuur en beveiliging op het vliegveld aangepast en is er een nieuw lesgebouw gekomen voor het personeel.
Vliegers maken voor hun training op de F-35 veelvuldig gebruik van simulators. De Koning kreeg tijdens
het werkbezoek de gelegenheid zijn eerste vlieguren in de F-35 simulator te maken. “Het ging hem heel goed af, daarin zie je wel dat hij een ervaren vlieger is”, aldus commandant Arnoud Stallmann van vliegbasis Leeuwarden.
7 november: Dertigste uitblinkerslunch
De beste zorgmanager, de beste secretaresse en de beste BMX’er ontmoetten elkaar op 7 november op Paleis Noordeinde. Zij waren uitgenodigd door Zijne Majesteit Koning Willem-Alexander en Hare Majesteit Koningin Máxima voor de dertigste Uitblinkerslunch. Deze traditie startte in 2006. Twee maal per jaar nodigt het Koninklijk Paar een groep uitblinkers uit voor een feestelijke lunch in het paleis. Onder de gasten op 7 november waren cabaretier Herman Finkers (Blijvend Applaus Prijs), journalist Jeroen Pauw (Ere Zilveren Nipkowschijf), ondernemers Annechien en Menno ten Have (Agrarisch Ondernemers van het Jaar), hoogleraar Gezondheidspsychologie Andrea Evers (Stevinpremie), ontwerper Simone Post (Dutch Design Award Young Designer), voetballer Virgil van Dijk (UEFA’s Men’s Player of the Year Award) en schrijver Tosca Menten (Publieksprijs Kinderboekenjury).
Ook Duncan Laurence, de winnaar van het Eurovisie Songfestival 2019, was van de partij: “Ik heb de Koning en Koningin verteld hoe mijn jaar was en hoe ik de ervaring om het Songfestival te winnen heb beleefd. Het was echt superleuk.”
8 november: Heimwee naar de DAF 33
In 1928 begon Hub van Doorne een kleine constructiewerkplaats in Eindhoven. Vanuit deze bescheiden locatie ontwikkelde DAF zich tot een toonaangevende wereldwijde truckfabrikant. In de automobielgeschiedenis heeft DAF een aantal bijzondere innovaties op zijn naam staan, zoals de automatische versnellingsbak (‘het pientere pookje’) uit 1958. In het DAF Museum in Eindhoven zijn de bedrijfswagens, personenauto’s, bussen, militaire voertuigen en rallyvoertuigen te zien die door DAF zijn ontwikkeld. Prof. mr. Pieter van Vollenhoven kwam op 8 november naar Eindhoven om het museum te heropenen na een grote uitbreiding en vernieuwing. Hij werd ontvangen door Marc van Doorne, voorzitter van de Stichting Vrienden van het DAF Museum: “Ik ben er zeker van dat mijn grootvader Hub en zijn broer Wim van Doorne trots zouden zijn als zij zouden kunnen zien wat er met dit nieuwe DAF Museum is gerealiseerd. We zijn veel dank verschuldigd aan onze meer dan 160 vrijwilligers – voornamelijk enthousiaste oud-DAF-medewerkers – die de vernieuwing mede mogelijk hebben gemaakt en die ervoor zorgen dat het museum er elke dag weer perfect bij staat.”
Voor de heer Van Vollenhoven was het bezoek een sentimental journey. Bij hem kwamen nostalgische herinneringen boven aan de DAF 33 uit zijn verlovingstijd: “Ik vind gewoon dat er een nieuwe DAF moet komen die elektrisch is. Dus behalve die vrachtwagens gaan we gewoon weer een elektrische DAF personenauto ontwikkelen. Ik zal graag de eerste in ontvangst nemen!”
20 november: ‘Wij kunnen bijvoorbeeld een auto repareren’
Een grote groep leerlingen in ons land leert het best in een omgeving waar ze zoveel mogelijk praktijkervaring kunnen opdoen. Zij kunnen terecht op een van de 175 scholen die praktijkonderwijs aanbieden. Zijne Majesteit Koning Willem-Alexander bracht op 20 november een werkbezoek aan een van die scholen: CVO Accent Praktijkonderwijs in Capelle aan den IJssel. Hij deed dat samen met minister Arie Slob voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media. De minister wilde de Koning laten zien hoe het levensechte onderwijs op een praktijkschool er uit ziet. CVO Accent heeft een eigen leerwerkplaats, waar leerlingen het geleerde direct kunnen toepassen. Ook werkt de school samen met welzijnsinstellingen uit de omgeving.
Leerlingen in het praktijkonderwijs worden in kleinere groepen en met persoonlijke begeleiding voorbereid op de maatschappij. Na de praktijkschool kunnen zij doorstromen naar het VMBO, MBO of de arbeidsmarkt. De Koning en de minister spraken met leraren, ouders en leerlingen over hun ervaringen. Leerlingen demonstreerden hun kunnen in de wasstraat van de school en bij het opleidingsrestaurant. Geheel in lijn met de filosofie van de school, werd de koffie verzorgd door leerlingen die zich bekwamen in het horecavak.
De Koning ontmoette onder anderen leerling Rick Geerts, die een passie heeft voor autotechniek. Hij vertelde over de vooroordelen waar hij tegenaan loopt: “Tegen ons wordt soms gezegd: jullie zijn dom. Maar wij kunnen bijvoorbeeld een auto repareren en zij niet.”
28 november: Fietsmaatjes
Nederland is een land waarin bijna iedereen van jongs af aan gewend is om te fietsen. Fietsen is gezond en goed voor het milieu. Veel mensen vinden het bovendien leuk om te doen. Ouderen en mensen met een beperking ervaren het vaak als een gemis dat ze niet (meer) zo gemakkelijk op de fiets kunnen stappen. Voor hen kwamen Jan Burgmeijer en zijn vrouw Tekla Zwinkels uit Warmond in 2012 met een prachtig initiatief: Fietsmaatjes. Deze stichting maakt het mogelijk dat mensen die niet zelfstandig kunnen fietsen, samen met een vrijwilliger op pad gaan op een duofiets.
Fietsmaatjes neemt deel aan het Oranje Fonds Groeiprogramma en groeide in zeven jaar uit tot een netwerk van 18 lokale organisaties die samen jaarlijks negenduizend ritten organiseren. Zijne Majesteit Koning Willem-Alexander ging op 28 november op bezoek bij de initiatiefnemers en sprak met hen en met een aantal fietskoppels over hun ervaringen. Zij beklemtoonden vooral de sociale waarde van Fietsmaatjes. Jan Burgmeijer: “Mensen met een beperking komen met een rollator niet verder dan de winkel op de hoek. Op de fiets zien ze hun stad en de natuur weer en komen er fantastische verhalen naar boven.’’
De Koning maakte vervolgens een ritje met de 95-jarige Johan Waanders, die vertelde over wat Fietsmaatjes voor hem betekent: “Ik ben lekker in de natuur, in een andere omgeving, met andere mensen. Ik voel me vrij.’’
29 november: De kracht van het collectief
In 1894 werd de Nederlandsche Vereniging van Christelijke Kantoor- en Handelsbedienden opgericht in Amsterdam. Deze vereniging was de voorloper van CNV Vakmensen, dat op 29 november zijn 125-jarig bestaan vierde in Nieuwegein. Hare Majesteit Koningin Máxima was erbij.
CNV Vakmensen neemt het op voor de belangen van werknemers in industrie, bouw, vervoer, handel, diensten en voeding. De vakbond heeft 137.000 leden en is partij bij meer dan 400 cao’s. Volgens voorzitter Piet Fortuin is de relevantie van het vakbondswerk nog even groot als 125 jaar geleden: “Werknemers worden soms nog steeds in de hoek gedreven door werkgevers en zetbazen. Niets nieuws onder de zon. Onze hulp en bijstand blijft nodig. De kracht van het collectief, 125 jaar geleden gesmeed door sociaal voelende arbeiders, weegt ook in 2019 nog zwaar.” Een van de zaken waar de vakbond zich sterk voor maakt is een leerrekening: een persoonlijk budget waarmee werknemers kunnen investeren in hun ontwikkeling.
De Koningin kreeg het jubileumboek ‘Belangenbehartiging als roeping’ aangeboden, en sprak daarna met bestuurders, medewerkers en actieve leden van CNV Vakmensen. Ze ontmoette onder anderen een buschauffeur, een supermarktmanager, een planner betonmortel en een werkzoekende die zich inzetten in commissies en overlegorganen of de bondsraad.
Tijdens het congres was er ook aandacht voor de positie van vrouwen in ontwikkelingslanden.