November 2017
8 november: Iedereen veilig naar school
‘Homo’ is één van de meest gebruikte scheldwoorden op school. De helft van de leerlingen die uit de kast komen, heeft te maken met pesterijen of negatieve reacties. Daarom is het nog steeds nodig dat scholen zich sterk maken voor een veilige schoolomgeving voor alle leerlingen, ongeacht hun geaardheid. Het COC werkt daaraan mee door het steunen van de Gender & Sexuality Alliance (GSA) die op veel scholen in Nederland actief is. De GSA is een jongerengroep die zich inzet voor een vriendelijk klimaat voor lesbische, homoseksuele, biseksuele, trans- en intersekse leerlingen. Een van de concrete acties is Paarse Vrijdag, waarbij scholieren hun medeleerlingen vragen paars te dragen als teken van solidariteit.
Hare Majesteit Koningin Máxima ging op 8 november op werkbezoek bij het Hofstad Lyceum in Den Haag om meer te horen over de GSA. Zij sprak met docenten en leerlingen over wat je samen kunt doen om te zorgen dat iedereen zich geaccepteerd voelt.
10 november: Duits-Nederlandse defensiesamenwerking
Nederland en Duitsland werken op defensiegebied steeds nauwer samen. Op 10 november bracht Zijne Majesteit Koning Willem-Alexander een werkbezoek aan eenheden van de Koninklijke Landmacht in het Duitse Bergen-Hohne. Hij ontmoette daar militairen van de 43 Gemechaniseerde Brigade, die onder bevel staan van de Duitse 1ste Pantserdivisie. Daaronder valt ook het Pantzerbatallion 414, een tankeenheid bestaande uit zowel Nederlandse als Duitse militairen. Door deze samenwerking met Duitsland kan de Nederlandse landmacht weer beschikken over een tankeenheid, nadat deze in 2011 werd opgeheven. De Koning sprak met militairen over hoe zo’n hechte samenwerking in de praktijk verloopt.
Een belangrijk deel van de Duits-Nederlandse samenwerking speelt zich af in EU-verband, met name in de European Battlegroup. De samenstelling hiervan verandert elk half jaar. In 2018 bestaat de European Battlegroup naast Nederlandse en Duitse ook uit Belgische, Oostenrijkse en Luxemburgse militairen. De Koning bezocht de oefening Quick Lion I van de 13 Lichte Brigade en sprak met militairen over hun
voorbereidingen en deelname aan de European Battlegroup 2018. De Europese Unie heeft continu drie- tot vierduizend militairen paraat staan, die wereldwijd missies kunnen uitvoeren. De missies kunnen variëren van zogenoemd robuust ingrijpen tot evacuatieoperaties en humanitaire hulp. De Nederlandse bijdrage bestaat uit delen van het hoofdkwartier van de 13 Lichte Brigade en een infanteriebataljon met gevechtssteun en logistieke ondersteuning.
15 november: 50 jaar Lelystad
Voor veel jonge gezinnen in Amsterdam was het in de jaren zestig een droom: verhuizen van een krappe etage drie hoog achter naar een eigen huis met een tuintje in de nieuwe stad in de IJsselmeerpolders: Lelystad. Het jonge echtpaar De Keijzer behoorde in 1968 tot de eerste bewoners en betrok te midden van opgespoten zandvlakten een gloednieuwe huurwoning. Een halve eeuw later wonen zij daar nog steeds. Ter gelegenheid van het vijftigjarig bestaan van hun stad bezocht Zijne Majesteit Koning Willem-Alexander op 15 november de Zuiderzeewijk om met bewoners van het eerste uur te praten over het leven toen en nu. Burgemeester Ina Adema van Lelystad begeleidde de Koning. Naast het echtpaar De Keijzer ontmoetten zij ook Nico van Mierlo, de eerste postbode van Lelystad. Hij en zijn vrouw kregen in oktober 1968 een woning toegewezen aan de Steile Bank. De woonkamer werd omgebouwd tot postkantoor en op de eerste verdieping ging het kersverse paar wonen.
De Koning bezocht ook twee sociale initiatieven in de Zuiderzeewijk. De Kluswinkel is een plek waar mensen die hun woning willen opknappen ondersteuning kunnen krijgen, bijvoorbeeld in de vorm van leengereedschap. In Ons Winkeltje wordt tweedehands kleding verkocht. De inkomsten komen ten goede aan de wijk. Het bezoek werd afgesloten met een feestelijke bijeenkomst in het stadhuis, waar de Koning samen met een aantal kinderen een mozaïek onthulde dat zij ter gelegenheid van het jubileum van Lelystad hadden gemaakt.
17 november: Staat van het MKB
2017 was een goed jaar voor het midden- en kleinbedrijf, waarbij bedrijven met personeel het iets beter deden dan zzp’ers. Hoewel omzet en werkgelegenheid in het totale MKB toenamen, waren de verschillen groot en was de groei zeer ongelijk verdeeld. Tien procent van de bedrijven realiseerde een forse groei; negentig procent groeide niet of nauwelijks. Die laatste, grote, groep loopt het risico in een snel veranderende markt achterop te raken en na verloop van tijd het onderspit te delven. Daarom is een ‘winstwaarschuwing’ op zijn plaats volgens het Comité voor Ondernemerschap en Financiering.
Hare Majesteit Koningin Máxima is lid van het Comité en was op 17 november (de Dag van de Ondernemer) bij de presentatie van het ‘Jaarbericht Staat van het MKB 2017’ bij familiebedrijf Octatube in Delft. Ook staatssecretaris Mona Keijzer van Economische Zaken en Klimaat was aanwezig.
Octatube realiseert architectonische constructies van glas en staal, zoals de enorme pui van de Rotterdamse Markthal. Directeur Nils Eekhout weet uit eigen ervaring dat continue groei niet vanzelf spreekt. “Ik heb het bedrijf van mijn vader overgenomen en bouw het uit. Octatube is een snel groeiend bedrijf: elk jaar komen er zo’n vijftien mensen bij. Een groei van 20 procent is nu even de max. Ik merk dat nu we over de honderd medewerkers gaan, het bedrijf in een andere fase terechtkomt. Zo hebben we behoefte aan professionele HRM- en financiële specialisten.”
Kennismaking met fractievoorzitters en bewindspersonen
Na de start van het kabinet Rutte III is Zijne Majesteit Koning Willem Alexander begonnen met een serie kennismakingsgesprekken met alle individuele fractievoorzitters en alle nieuwe bewindspersonen. De gesprekken vinden meestal plaats op Paleis Noordeinde.
Voorzitter Klaas Dijkhoff van de Tweede Kamerfractie van de VVD was op 20 november de eerste fractievoorzitter die door de Koning werd ontvangen. Eind 2017 ontving de Koning nog vier andere fractievoorzitters voor een (hernieuwde) persoonlijke kennismaking: Sybrand van Haersma Buma (CDA), Geert Wilders (PVV), Alexander Pechtold (D66) en Jesse Klaver (GroenLinks). Ook had hij een kennismakingsgesprek met de minister van Buitenlandse Zaken: Halbe Zijlstra.
In totaal gaat het om een serie van ruim dertig gesprekken, die in 2018 doorloopt. Wanneer de Koning met alle bewindspersonen een kennismakingsgesprek heeft gevoerd, zal hij met de ministers en staatssecretarissen werkbezoeken afleggen op hun beleidsterrein.
22 november: Gewone wijk met bijzonder karakter
De bewoners van woonwagencentrum Beukbergen in Huis ter Heide en de gemeente Zeist hebben samen iets bijzonders tot stand gebracht. In goed overleg realiseerden zij een ingrijpende vernieuwing en uitbreiding van het woonwagencentrum, waardoor het weer voldoet aan de moderne woonwensen en mensen op de wachtlijst een plekje konden krijgen. Het wederzijds vertrouwen tussen bewoners en overheid is hierdoor sterk gegroeid. Vroeger stond Beukbergen te boek als vrijstaat waar bewoners hun eigen weg gingen. Inmiddels geldt deze ‘gewone wijk van Zeist met een bijzonder karakter’ als voorbeeld voor heel Nederland.
Zijne Majesteit de Koning wilde meer weten over de achtergrond van deze transformatie en bracht op 22 november op uitnodiging van burgemeester Koos Janssen een werkbezoek aan Beukbergen. Hij praatte uitgebreid met bewoners en betrokkenen van de gemeente en woningcorporaties over de samenwerking en over het leven op Beukbergen. Voorzitter van de bewonerscommissie Franca Vos vertelde hem dat mensen zich er heel erg thuis voelen: “Er is in tien tot vijftien jaar veel veranderd, maar zonder verlies van onze identiteit.”
De Koning ging op de koffie bij Tonia Brummer-Gerrits. Zij vertelde hem over vroeger en over de bijzondere cultuur die zijn van jongs af aan heeft meegekregen: “Ik ben geboren in een woonwagen. We reden van stad naar stad om een boterham te verdienen.” Zij vertelde de Koning ook dat haar na dertig jaar in dezelfde woonwagen te hebben gewoond, gevraagd was of ze een woning wilde betrekken op het vernieuwde Beukbergen. “Ik heb direct toegestemd. Het maakt niet zoveel uit; het huis is hetzelfde ingericht als de wagen. Door mijn interieur blijft het voor mij toch een woonwagen, ook al ziet de buitenkant er anders uit. Ik zit hier heerlijk.”
De Koning vroeg of hij zijn schoenen uit moest doen, zoals gebruikelijk is voor bezoekers die een woonwagen binnenkomen. Maar dat hoefde niet van Mevrouw Brummer. “Ik pak zo de stofzuiger en dan is alles weer schoon.”
24 november: Onze unieke verbinding met Japan
Meer dan twee eeuwen lang, van 1641 tot 1859, was de Nederlandse handelspost Dejima bij Nagasaki het enige contactpunt tussen het gesloten Japan en de westerse wereld. Door kennis uit te wisselen met de Nederlanders bleven de Japanners op de hoogte van de westerse natuurkunde, geneeskunde en geografie. Japanse wetenschappers die Nederlandse boeken wilden raadplegen, moesten de taal leren. Rangakoe, de neerlandistiek, werd in Japan dan ook een belangrijk studievak. Zo gingen handel en uitwisseling van cultuur en kennis gelijk op.
Het kunstmatige eilandje Dejima was niet groter dan twee voetbalvelden en was vanaf het vasteland via een brug te bereiken. In 1998 is Nagasaki Stad begonnen met de reconstructie van de gebouwen en van de historische Omotemonbashi brug. Hare Koninklijke Hoogheid Prinses Laurentien was op 24 november namens de Nederlandse regering aanwezig bij de ceremonie ter ere van de voltooiing van de brug. In haar toespraak memoreerde de Prinses dat zij Japan goed kent. Als tiener woonde zij er, toen haar vader Laurens-Jan Brinkhorst ambassadeur van de Europese Gemeenschap in Tokio was.
Een dag eerder bezocht Prinses Laurentien het monument ter herinnering aan de slachtoffers van krijgsgevangenkamp Fukuoka-2, onder wie 41 Nederlanders. Ook bezocht zij de Hollandsche Begraafplaats, waar overleden stafleden van de handelspost op Dejima werden begraven. In het Nagasaki Hypocenter Park legde zij bloemen bij het monument dat het hypocentrum van de atoombomexplosie van 9 augustus 1945 markeert.
28 november: Sociale weerbaarheid
Ongelijkheid, sociale uitsluiting en meningsverschillen over waarden en normen. Het zijn actuele thema’s in het maatschappelijk debat. De Canadese socioloog Michèle Lamont (hoogleraar aan Harvard University) doet al tientallen jaren onderzoek op deze terreinen. Zij ontving op 28 november de Erasmusprijs uit handen van Zijne Majesteit Koning Willem-Alexander, Regent van de Stichting Praemium Erasmianum.
Naomi Ellemers, die namens het bestuur de laudatio uitsprak, vertelde hoe persoonlijke ervaringen het werk van Lamont hebben gevoed: “Als lid van de Franstalige minderheid in Quebec heeft ze uit de eerste hand ervaren hoe het is als iemands taal en cultuur door anderen wordt gedevalueerd.”
In haar werk laat Lamont zien dat diversiteit vaak leidt tot productievere verhoudingen en meer sociale weerbaarheid. In haar dankwoord zei zij het volgende: “Op dit punt in de geschiedenis moeten we ons realiseren dat het accepteren van economisch succes als enig criterium van waarde voor iedereen eenvoudigweg niet werkt. Niet iedereen kan tot de hogere middenklasse of de bovenste twintig procent van de bevolking behoren. Als dat waandenkbeeld in brede kring wordt omarmd, veroordelen we de meerderheid van de bevolking ertoe zichzelf als losers te moeten beschouwen en zo ook door anderen te worden beschouwd. Een van de missies van de sociale wetenschappers van vandaag is dus te achterhalen hoe we onze collectieve denkbeelden zo kunnen bijstellen dat voor iedereen een breder scala aan toekomstmogelijkheden openstaat.”
28 november: Het belang van werkervaring
Werk is de beste weg naar integratie. Die overtuiging ligt aan de basis van Refugee Company. Deze sociale onderneming ondersteunt nieuwkomers in Nederland bij het opdoen van werkervaring, met als doel een betaalde baan te vinden of een eigen bedrijf op te zetten. Een netwerk van vrijwilligers en bedrijven, de gemeente Amsterdam en het Oranje Fonds helpen daarbij.
Refugee Company is gevestigd in de voormalige Bijlmerbajes, waar nu veel jonge ondernemingen en nieuwe initiatieven zijn gehuisvest. Hare Majesteit Koningin Máxima bracht er op 28 november een werkbezoek. Zij wilde van de initiatiefnemers, medewerkers, deelnemers en samenwerkingspartners horen wat hun ervaringen zijn en welke resultaten er geboekt worden. Ook wilde zij met eigen ogen een aantal activiteiten van Refugee Company zien, zoals het café-restaurant waar nieuwkomers ervaring opdoen als kok, bedieningsmedewerker of barista.
De Koningin bezocht ook het modeatelier, waar zij Mahmoud Al Omar ontmoette. Hij komt uit Syrië en heeft mede dankzij Refugee Company inmiddels een baan bij Suit Supply. “Ik wilde graag werken. Mijn vader heeft me vroeger het kleermakersvak geleerd. Via de gemeente kwam ik terecht bij Refugee Company, waar ik aan de slag kon in het atelier.” In het atelier ontwikkelde hij samen met zijn collega’s een collectie maatoverhemden, die hij enthousiast aan de Koningin presenteerde.
30 november - 2 december: Bezoek aan Bovenwindse Eilanden
Drie maanden nadat orkaan Irma grote schade aanrichtte in het Caribisch gebied, bezocht Zijne Majesteit Koning Willem-Alexander opnieuw Sint Eustatius, Saba en Sint Maarten. Hare Majesteit Koningin Máxima vergezelde hem tijdens het driedaagse bezoek, van 30 november tot en met 2 december. Staatssecretaris Raymond Knops van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties reisde met het Koningspaar mee. De wederopbouw stond met name op het zwaar getroffen Sint Maarten centraal, maar er was ook ruimte voor andere onderwerpen, zoals duurzame energie en de stand van de kwetsbare koraalriffen rond Saba. Op Sint Eustatius bezochten de Koning en Koningin het Solar Park, dat voorziet in bijna de helft van de stroombehoefte van het eiland. Op Saba vierden zij Saba Day mee en stelden zij zich op de hoogte van de toestand van het koraal op de Sababank, enkele tientallen meters onder de zeespiegel.
De Koning was onder de indruk van het doorzettingsvermogen van de eilandbewoners na orkaan Irma, zo zei hij op Sint Maarten. “Heel indrukwekkend om weer terug te zijn en te zien wat hier gebeurd is.” Het Koningspaar praatte met getroffen bewoners, onder meer in een noodopvang voor orkaanslachtoffers en bij een voedselverdeelpunt van het Rode Kruis. Het viel hen op hoe groot de waardering is voor de Nederlandse militairen die sinds september in actie zijn geweest. “Het is ongelofelijk hoe dankbaar de mensen zijn voor de inzet van de Nederlandse militairen en alle anderen die hier geholpen hebben.”