November 2016

  • Beeld: ©ANP

7-9 november: Kiwi's met oranje veertjes

De kiwi is een steeds zeldzamer wordende loopvogel met een lange snavel, die van nature alleen in Nieuw-Zeeland voorkomt. ‘Kiwi’ is ook de bijnaam van de inwoners van Nieuw-Zeeland. Tienduizenden van hen komen oorspronkelijk uit Nederland. “Zij werden echte kiwi’s, prachtig bruin of grijs van kleur, maar als je héél goed kijkt, zie je soms toch nog een paar oranje veertjes”, zei Zijne Majesteit Koning Willem-Alexander op de eerste dag van het Staatsbezoek dat hij met Hare Majesteit Koningin Máxima aan Nieuw-Zeeland bracht. Van 7 tot 9 november bezochten zij eerst de hoofdstad Wellington en daarna Christchurch en Auckland.

Na het traditionele Maori-welkom met haka powhiri (welkomstdans) en hongi (neusgroet), kreeg het Koninklijk Paar een rondleiding over de Great War Exhibition. In de Eerste Wereldoorlog vochten honderdduizend Nieuw-Zeelandse mannen en vrouwen mee, onder meer in de Slag om Gallipoli in Turkije (1915). De Koning en Koningin gingen ook kijken en luisteren bij Park Post Road Production, het filmbedrijf dat gespecialiseerd is in beeld- en geluidsbewerking van internationale kaskrakers. Onder meer The Hobbit, The Lord of the Rings en King Kong werden hier bewerkt. Hoe maak je midden in de zomer het geluid van knerpende voetstappen door verse sneeuw? Door te knijpen in een leren etui met meel!
 

’s Avonds bood gouverneur-generaal Dame Patsy Reddy het Koninklijk Paar een Staatsbanket aan. “Na de Tweede Wereldoorlog kwamen meer dan veertigduizend Nederlanders hierheen, vaak gedreven door woningnood en gebrek aan toekomstkansen thuis”, zei de Koning in zijn toespraak. “Hier vonden zij iets wat zij thuis misten: onbegrensde ruimte.”

Op de tweede dag van het staatsbezoek bezochten de Koning en Koningin het gemeenschapshuis (marae) en het economisch hoofdkantoor van de Ngai Tahu Iwi, de grootste Maori stam op het Zuidereiland. De stam bedrijft duurzame landbouw waarbij het welzijn van de gemeenschap en het natuurlijk evenwicht centraal staan. De Maori’s woonden al in Nieuw-Zeeland toen in 1642 Abel Tasman en zijn bemanning er als eerste Europeanen voet aan wal zetten. Na de nadere kennismaking met de Maori-cultuur ging het Koningspaar naar Christchurch. Daar verdiepten zij zich in de wederopbouw en de herinrichting van de stad, die in 2011 werd getroffen door een verwoestende aardbeving waarbij 185 doden vielen. Nabestaanden van slachtoffers vertelden hun verhaal, onder wie Jeanette en Bruce McEachen die hun 25-jarige zoon Matthew verloren.

Op de laatste dag van het Staatsbezoek woonden de Koning en Koningin in Auckland een deel van de economische conferentie ‘Future of Food’ bij. Nederlandse en Nieuw-Zeelandse kennisinstellingen en bedrijven ontmoetten elkaar daar om de onderlinge samenwerking op het gebied van voedselproductie en tuinbouw te bevorderen.
 

  • Beeld: ©ANP

17 november: Sterker met De Mussen

Een volksbuurt met een sterke gemeenschapszin, maar ook met schrijnende armoede, verpauperde huizen en geweld van jeugdbendes. Zo zag een groot deel van de Haagse Schilderswijk er in de jaren twintig van de vorige eeuw uit. De idealistische Jacob de Bruin kreeg hier in 1926 de leiding over een nieuw initiatief: een clubhuis waar jongeren een kans op ontwikkeling zouden krijgen. In de beginjaren kwam daar nog niet zoveel van terecht. Regelmatig moest de inventaris het ontgelden en met bladzijden uit de boeken in de leeszaal werden sigaretten aangestoken. Toch wist buurthuis De Mussen zich langzaam maar zeker een onmisbare plek in de wijk te verwerven. Op 17 november vierde  het buurthuis zijn negentigjarig bestaan, in aanwezigheid van Hare Majesteit Koningin Máxima.

Wekelijks bezoeken ongeveer 1800 wijkbewoners van alle leeftijden en culturele achtergronden het buurtcentrum. Directeur Nicoline Grötzebauch: “Investeren in jongeren betaalt zich later uit. Wij leren jongeren essentiële vaardigheden: kruip niet in een slachtofferrol, stop met het wij/zij-denken en blijf positief.”

Wijkbewoonster Marjana Ahraoui herinnert zich nog hoe ze twintig jaar geleden uit Marokko naar Nederland kwam. “Ik had heimwee en durfde niks te doen. Ik zat alleen maar thuis.” Mede dankzij buurthuis De Mussen heeft ze haar draai gevonden. “Ik voel me zoveel sterker en zelfverzekerder nu. Ik vind het heerlijk om nu andere vrouwen wegwijs te maken en aan het praten te krijgen.”
 

  • Beeld: ©ANP

18 november: Werk voor vier miljoen mensen

Het midden- en kleinbedrijf biedt werk aan meer dan vier miljoen mensen en levert daarmee zeventig procent van de werkgelegenheid binnen het Nederlands bedrijfsleven. Na een aantal moeilijke jaren liet het MKB in 2015 weer een lichte omzetgroei zien. De actuele cijfers over het midden- en kleinbedrijf zijn verzameld in het Jaarbericht 2016, de ‘Staat van het MKB’ van het Nederlands Comité voor Ondernemerschap en Financiering. Hare Majesteit Koningin Máxima is lid van dit comité en was op 18 november aanwezig bij de presentatie van dit jaarbericht. Daarvoor was een bijzondere plek gekozen: slagerij Van Eijk in Voorschoten, een familiebedrijf dat al 45 jaar aan de weg timmert.

Aad van Eijk: “Ik ben vereerd dat de Koningin bij een slager op visite komt. In 1971 ben ik in Voorschoten begonnen. Mijn kinderen hebben het bedrijf verder uitgebouwd, en dat gaat heel goed. Ik ben een trotse vader omdat mijn kinderen deze slagerij zo mooi hebben voortgezet. Ik ben nog wel aanwezig om aanwijzingen te geven, maar zij leiden het bedrijf.”

De presentatie vond plaats op de ‘Dag van de Ondernemer’, een initiatief van MKB Nederland. Deze dag is bedoeld om het ondernemerschap te vieren en ondernemers te bedanken voor hun inzet. Carla van Eijk, die samen met haar broers Walter en Ronald slagerij Van Eijk runt, is een van de ambassadeurs van de Dag van de Ondernemer.
 

  • Beeld: ©ANP

22 november: Zeventig jaar homo-emancipatie

“Toen ik jong was, was homoseksualiteit volledig taboe. Ik geef voorlichting op scholen in Friesland, waar mensen worden opgeleid voor de zorg. We vertellen daar hoe het vroeger was om homoseksueel te zijn. Daar hebben jongeren van nu geen idee van.” De 84-jarige Gerda Tolk was op 22 november een van de gesprekspartners van Zijne Majesteit Koning Willem-Alexander tijdens zijn bezoek aan COC Nederland. De Koning bezocht de belangenorganisatie voor lesbische vrouwen, homoseksuele mannen, biseksuelen, interseksuelen en transgenderpersonen ter gelegenheid van het zeventigjarig jubileum. De Koning sprak met mensen uit diverse groepen waar acceptatie vaak nog achterblijft. Nick Vijn (18) vertelde de Koning over de Gay-Straight Alliance op zijn mbo-school. In zo’n alliantie werken jongeren samen aan een veilige sfeer op hun school voor iedereen, ongeacht zijn of haar geaardheid. Nick vond het ‘stoer’ dat de Koning naar het COC kwam. “Het geeft jongeren het gevoel dat ze zichzelf kunnen zijn. Zijn komst is echt een steuntje in de rug.”

Het COC is de oudste nog bestaande LHBIT-organisatie ter wereld en ondersteunt zusterorganisaties in meer dan vijfendertig landen. Na zeventig jaar heeft zij nog steeds een belangrijke taak. Voorzitter Tanja Ineke: “Homo is het meest gebruikte scheldwoord op scholen. In 72 landen is homoseksualiteit nog strafbaar. Dus er is nog veel winst te behalen!”
 

  • Beeld: ©ANP

24 november: Almere: stad van pioniers

In november 1976 kregen de allereerste inwoners van Almere de sleutel van hun nieuwe woning. In veertig jaar tijd groeide Almere uit tot een grote stad met 200.000 inwoners. Voelden de pioniers van toen zich direct thuis? Hoe is het eigenlijk om samen een nieuwe stad vorm te geven? Om hier van de bewoners zelf meer over te horen, bracht Zijne Majesteit Koning Willem-Alexander op 24 november aan werkbezoek aan Almere, op uitnodiging van burgemeester Franc Weerwind. Bewoonster van het eerste uur Lia de Clerk vertelde hem over het prille begin. “De Koning vroeg hoe het hier was toen we op 30 november 1976 de sleutel hadden gekregen. Ik heb verteld dat we eerst maar eens zijn gaan schoonmaken in ons huisje, want het was toen een bende.”

De inwoners van Almere zijn het pionieren niet verleerd. De Koning ging onder meer kijken in Oosterwold, waar de gebiedsinrichting geheel aan de bewoners wordt overgelaten. Zij bouwen niet alleen hun eigen woning, maar gaan samen ook over wegen, groen, water, riolering en openbare ruimte. Bewoners vertelden hem hoe ze dat alles zelf realiseren.

Ook bezocht de Koning openbare scholengemeenschap Echnaton. Daar ontmoette hij onder anderen Jeremy Doorenspleet, de voorzitter van de leerlingenraad. “Op de basisschool was ik verlegen. Hier wilde ik een nieuwe start maken. Ik doe nu dingen die niemand van me verwacht had. Zo presenteer ik ons eigen schoolprogramma op Youtube.”
 

  • Beeld: ©ANP

28-30 november: Boffen met een buur als België

Zijne Majesteit Koning Filip en Hare Majesteit Koningin Mathilde der Belgen brachten van 28 tot en met 30 november een Staatsbezoek aan ons land. Het programma omvatte zo’n vijftien verschillende onderdelen binnen het brede spectrum van de samenwerkingsrelatie: kunst en cultuur, politiek en bestuur, wetenschap, bedrijfsleven en infrastructuur. Het Staatsbezoek bekrachtigde de hechte band tussen beide buurlanden en bracht honderden Belgische en Nederlandse professionals nader met elkaar in contact.

Een bijzonder moment was de ondertekening van een verdrag tot aanpassing van de grens door minister Koenders van Buitenlandse Zaken en zijn Belgische collega Reynders, in aanwezigheid van beide Koningsparen. Nederland en België ‘ruilden’ daarbij enkele schiereilandjes in de Maas die aansluiten op het grondgebied van het buurland. “Een kwestie van bon sens. En dat alles in goede vrede, zonder Tiendaagse Veldtocht”, aldus Koning Willem-Alexander.

“Onze kwaliteiten vullen elkaar aan: de meer Nederlandse rechtlijnigheid en zin voor strategische aanpak en de Belgische aanleg voor bemiddeling en compromis”, zei Koning Filip in zijn toespraak bij het Staatsbanket. Koning Willem-Alexander prees België als een land waarin heel Europa samenkomt en noord en zuid elkaar de hand reiken, onnavolgbaar in zijn vindingrijkheid, onovertroffen in zijn levenskunst. “Nederland boft met een buur als België!”
 

Koning Filip maakte tijdens het driedaagse bezoek nader kennis met een aantal innovatieve bedrijven en organisaties in ons land, waaronder ruimtevaartorganisatie ESA/ESTEC in Noordwijk en High Tech Campus Eindhoven, waar hij sprak met jonge onderzoekers. Koningin Mathilde ging samen met Koningin Máxima naar het Cobra Museum voor Moderne Kunst in Amstelveen voor een overzichtstentoonstelling van de schilder Pierre Alechinsky. Hij is een Belgisch boegbeeld van de Cobrabeweging, waartoe ook de Nederlanders Karel Appel en Corneille behoorden.

Koningin Mathilde oriënteerde zich ook op twee initiatieven die gesteund worden door het Oranje Fonds. Samen met Koningin Máxima bezocht zij onder meer Kamers met Kansen in Amsterdam. Jongeren die voortijdig hun school hebben verlaten worden vanuit een veilige woonplek door een persoonlijke coach gestimuleerd de draad weer op te pakken en leren op eigen benen te staan.

Op de laatste dag van het staatsbezoek gingen de beide Koninginnen per trein naar het geheel vernieuwde station Utrecht Centraal. De Nederlandse tak van de Belgische bouwgroep Besix voerde de verbouwing uit.

Tijdens het staatsbezoek werd afgesproken dat de Universiteit Luik een speciale leerstoel voor Lage Landen studies instelt: de Willem-Alexander-leerstoel. Doel is de kennis van het Nederlands te bevorderen in het Franssprekende deel van België.