Toespraak van Zijne Majesteit de Koning bij het staatsbanket ter gelegenheid van het staatsbezoek aan Canada, Ottawa

De toespraak is uitgesproken in het Engels.

Excellentie,

Uw warme woorden stemmen mijn vrouw en mij dankbaar. De gastvrijheid van Mevrouw Johnston en van U geeft ons het gevoel honderd procent welkom te zijn. Dank U wel!

U bent een man van vele talenten.
Een captain die het varsity hockey team van Harvard tot grote hoogte bracht.
Een wetenschapper die de kennis van het recht verdiepte op verschillende universiteiten.
Een staatsman: gouverneur-generaal van 'the True North, Strong and Free'.
En niet te vergeten: een vader die - samen met Uw echtgenote - vijf dochters grootbracht. Ik heb er drie, en ik buig het hoofd voor deze prestatie.  

Er zijn weinig landen in de wereld waar de verbinding met Nederland zo voelbaar is als hier. Het is niet een verbondenheid die voortkomt uit plechtige verdragen of proclamaties. Het is een verbondenheid die voortvloeit uit het hart en uit een gedeelde, levende historie. Meer dan een miljoen Canadezen hebben Nederlandse wortels. Bijna iedere Nederlandse familie heeft verwanten in Canada. De band tussen onze landen wordt niet alleen hier gevoeld, in Rideau Hall. Maar in miljoenen huiskamers aan beide kanten van de Atlantische Oceaan.

Voor mijn familie heeft die band een bijzondere betekenis. Mijn grootmoeder en mijn moeder vonden hier een veilig thuis in de Tweede Wereldoorlog. Mijn tante Margriet - Canada's Princess -werd hier in 1943 geboren. De Nederlandse vlag wapperde op die dag van het parlementsgebouw in deze stad. Toen onze nationale vlag in Nederland verboden was, werd hij hier in top gehesen, in het democratische hart van Canada, een land dat altijd een baken van vrijheid in de wereld is geweest.

Ook voor mij persoonlijk is dit een diepgevoelde realiteit. In april 2009 was ik op werkbezoek bij de Nederlandse troepen in Afghanistan. Op het vliegbasis van Kandahar was ik - bij toeval - getuige van het afscheid van Karine Blais, een jonge trooper van het Douzième Régiment Blindé du Canada, afkomstig uit het stadje Les Mechins in Quebec. Zij was om het leven gekomen toen haar patrouillevoertuig op een explosief reed.

Nooit vergeet ik de ervaring van die ramp ceremony. Het was nacht, met duizenden sterren aan de hemel. De basis - altijd vol lawaai van opstijgende en landende jets en helikopters - was stil. Alleen het geluid van een doedelzak was te horen toen meer dan tweeduizend geallieerde militairen Karine de laatste eer bewezen. Vrienden en collega's droegen haar kist het Hercules-toestel in, dat haar naar huis zou brengen.

Karine Blais was 21 jaar oud toen zij diende in Afghanistan, voor haar een ver en onbekend land.
Ver en onbekend was ook Nederland voor de jonge Canadese militairen van het Eerste Canadese Leger, zeventig jaar geleden. In 1944 en 1945 wisten zij het bezette Nederland te herwinnen, samen met onze andere bondgenoten. Meter voor modderige meter. Door watergeulen, versperringen en fel vijandelijk vuur, met koppige volharding. De prijs die Canada betaalde voor onze Bevrijding was hoog. Ongeveer zevenduizendzeshonderd Canadese militairen kwamen om in de strijd voor onze vrijheid.

Enkele van hun strijdmakkers mochten wij vanmiddag de hand schudden.

Zolang er een Koninkrijk der Nederlanden is, zal de warme herinnering leven aan die Canadese mannen - jongens nog -  die zeventig jaar geleden mogelijk maakten dat ons land kon herrijzen.

Wat betekent vrijheid voor mensen? Een van de mooiste beschrijvingen komt van Sydney Frost van de Princess Patricia's Canadian Light Infantry. Hij was er in mei 1945 bij, en zag het met eigen ogen: "The Dutch people went absolutely berserk. They climbed all over our cars and trucks and kissed and embraced us. We had some great parties, I'll tell you… Many times, I'm asked, 'What was the most important part of your service?' That was it, right there. It all seemed worthwhile, all the wounds and suffering, suddenly it seemed very much worthwhile."

In een wereld met grote geopolitieke verschuivingen, waarin soms alles in beweging lijkt, is de vriendschap tussen onze beide landen een vast punt, een houvast. We zijn bondgenoten, gedreven door de overtuiging dat vrijheid, vrede en rechtvaardigheid elke inspanning waard zijn. Soms komen dreigingen heel dichtbij. Zoals in oktober vorig jaar, toen het Canadese parlementsgebouw en het National War Memorial in deze stad het toneel waren van meedogenloze aanslagen. Ook toen liet Canada zien niet te buigen voor terreur en vast te houden aan de idealen waarvoor het altijd heeft gestreden. Idealen die ook in Uw volkslied zijn vastgelegd. De Franse tekst drukt het mooi uit:

Ta valeur, de foi trempée,
Protégera nos foyers et nos droits
.

Excellentie, wij verheugen ons op de komende dagen waarin alle aspecten van de samenwerking tussen onze landen aan bod zullen komen. Vrede en veiligheid, maar ook wetenschap, land- en tuinbouw, innovatie, stadsontwikkeling, handel en cultuur.

Een beetje gezonde concurrentie kennen Canada en Nederland uiteraard ook, vooral op sportgebied. Wist U dat hockeyen op het ijs in Nederland is uitgevonden? De vroegste afbeeldingen van die geweldige sport zijn te vinden op Nederlandse schilderijen uit de zeventiende eeuw.

En dan is er het voetbal. Het is jammer dat we op 15 juni in Montréal de poolwedstrijd Canada - Nederland van het Wereldkampioenschap voetbal vrouwen moeten missen. Maar U kunt ervan op aan dat we vanuit Nederland die wedstrijd scherp zullen volgen!

Graag wil ik nu - samen met U allen - het glas heffen op onze verbondenheid.

Op Uw gezondheid Excellentie, en op die van U, Mevrouw, Johnston,
Op de vrijheid.
En op de band van vriendschap die Canada en Nederland altijd blijft verenigen!