Paleis Noordeinde
De Koning gebruikt Paleis Noordeinde als werkpaleis. De werkvertrekken van de Koning en Koningin Máxima zijn hier gevestigd. Ook werken de meeste medewerkers van de Dienst van het Koninklijk Huis op Paleis Noordeinde.
Jaarlijks vinden er vele ontvangsten en audiënties plaats op het paleis. Ook ontvangt de Koning er buitenlandse ambassadeurs voor de overhandiging van hun geloofsbrieven. Op Prinsjesdag vertrekt de Koninklijke stoet van het paleis en vindt na het uitspreken van de Troonrede op het balkon de zogenoemde balkonscene plaats.
Het paleis is gevestigd aan het Noordeinde in Den Haag. Op het terrein bevinden zich ook de Koninklijke Stallen, het Koninklijk Huisarchief en de Koepel van Fagel. Paleis Noordeinde is eigendom van de staat en bij wet aan de Koning ter beschikking gesteld.
Geschiedenis Paleis Noordeinde
Int Nortende, aan de rand van het toenmalige Den Haag, liet Willem Goudt in 1533 een middeleeuwse hofstede verbouwen tot een woonhuis. Het gebouw, waarvan de geschiedenis sinds 1591 onlosmakelijk is verbonden met de Oranjes, heeft zich ontwikkeld tot het Paleis Noordeinde zoals wij dat nu kennen.
Sinds 1814 is het paleis gebruikt door Koning Willem I, Koning Willem III, Koningin-Regentes Emma en Koningin Wilhelmina. In mei 1948 werd het middengedeelte van het paleis door brand verwoest. In datzelfde jaar werd Juliana koningin. Zij koos ervoor Paleis Soestdijk te gebruiken als officiële residentie. Wel bleef een gedeelte van de hofhouding haar werkruimtes in Paleis Noordeinde houden. Tussen 1952 en 1976 was in de noordelijke vleugel van het paleis het Institute of Social Studies gevestigd.
Na een grondige restauratie nam Koningin Beatrix het paleis 1984 weer intensief in gebruik als werkpaleis. Koning Willem-Alexander gebruikt het sinds zijn inhuldiging in 2013 ook als werkpaleis.