Januari 2021
6 januari: Alle hens aan dek
Het eerste ziekenhuis dat Zijne Majesteit Koning Willem-Alexander na het uitbreken van de coronapandemie in 2020 bezocht, was het Isala Ziekenhuis in Zwolle. Op 27 maart 2020 sprak hij hier met artsen, verpleegkundigen en ondersteuners over de zorg aan coronapatiënten en de impact van de pandemie op de medewerkers. Het verhaal van één van hen, longverpleegkundige Nienke Stijf, haalde hij op 25 december 2020 aan in zijn Kersttoespraak. Om te horen hoe het haar en haar collega’s sindsdien was vergaan, bracht de Koning op 6 januari 2021 opnieuw een werkbezoek aan Isala, dit keer digitaal. Het was nog steeds ‘alle hens aan dek’, hoorde hij, hoewel de piek van de tweede golf achter de rug leek. Een verschil met de eerste golf was dat de patiënten gemiddeld zieker waren. Omdat er inmiddels voldoende beschermende middelen beschikbaar waren, konden patiënten gelukkig iedere dag bezoek krijgen van een dierbare. Wel vormde de doorstroming van patiënten die ‘te goed’ waren voor verblijf in het ziekenhuis een knelpunt. Verpleeg- en verzorgingshuizen en de thuiszorg hadden moeite deze stroom op te vangen.
Ina Kuper, lid van de Raad van Bestuur van Isala, was blij met het gesprek. "De Koning was hier in maart vorig jaar ook. Nu konden we hem vertellen wat de verschillen zijn tussen toen en nu en hoe we samenwerken met andere zorgorganisaties. De Koning is erg goed op de hoogte en het was mooi om dit met hem te kunnen delen."
11 januari: Digitaal voor iedereen
Als speciale pleitbezorger van de secretaris-generaal van de Verenigde Naties, heeft Hare Majesteit Koningin Máxima intensief contact met overheden, bedrijven en organisaties over de hele wereld die zich samen met haar inzetten voor inclusieve financiering voor ontwikkeling. Door de reisbeperkingen was het voor de Koningin geruime tijd niet mogelijk om haar partners fysiek te bezoeken. In plaats daarvan zette zij digitale middelen in voor haar VN-werk. Zo nam zij op 11 januari virtueel deel aan de lancering van een initiatief van de State Bank of Pakistan en non-profitorganisatie Karandaaz om financiële diensten beter toegankelijk te maken voor mensen met een laag inkomen. Belangrijk daarbij is dat het voor hen goedkoper en makkelijker wordt om kleine betalingen te doen. In haar toespraak verwoordde de Koningin de betekenis hiervan als volgt: “Dit is een mijlpaal op weg naar een financieel systeem en een digitale economie die werken voor iedereen. Dit is van groot belang voor kwetsbare groepen als vrouwen en mensen met een laag inkomen, vooral tijdens deze pandemie. Deze mensen zijn zwaar getroffen door de effecten van COVID-19, ook omdat ze voor de pandemie weinig toegang hadden tot financiële diensten. Volgens de laatst beschikbare cijfers, hebben mannen in Pakistan vijf keer zo vaak een bankrekening als vrouwen en van de armste groepen heeft slechts 14 procent een bankrekening. Dat geeft aan wat ons te doen staat."
12 januari: Sint Maarten, Sint Eustatius, Saba
Jose Sommers woont sinds 1990 op Sint Maarten, waar zij een carrière in het onderwijs opbouwde, onder andere als directeur van een middelbare school. In 2013 richtte zij de Foresee Foundation op, met de ambitie om alle kinderen op Sint Maarten een zo goed mogelijke start in het leven te helpen geven. Goed uit de voeten kunnen met informatietechnologie is daarvoor onontbeerlijk. Veel projecten van de organisatie hebben dan ook te maken met het aanleren en versterken van digitale vaardigheden. De Foresee Foundation ondersteunt ook andere sociale initiatieven en zet zich bovendien in voor meer samenwerking tussen organisaties. Op 12 januari was Jose Sommers een van de gesprekspartners van Zijne Majesteit Koning Willem-Alexander tijdens een digitaal werkbezoek aan sociale initiatieven op Sint Maarten, Sint Eustatius en Saba. De Koning wilde graag uit de eerste hand horen welke invloed de coronapandemie had op hun werk. “Veel organisaties worstelen met de situatie, vooral als ze geen subsidie ontvangen”, aldus Jose Sommers. “Ze missen inkomsten. Gelukkig hebben de Samenwerkende Fondsen geholpen, onder meer met naschoolse-opvangprogramma’s.” Het samenwerkingsverband Samenwerkende Fondsen Cariben, waarbij ook het Oranje Fonds is aangesloten, geeft steun aan waardevolle lokale initiatieven in het Caribisch deel van het Koninkrijk zodat deze zoveel mogelijk kunnen doorgaan.
Op 14 januari bracht ook Hare Majesteit Koningin Máxima een digitaal werkbezoek aan de Cariben. Zij sprak met vertegenwoordigers van sociale initiatieven op Aruba, Curaçao en Bonaire.
14 januari: Levens redden
“Een mooi Joods gezegde luidt: als je één leven gered hebt, heb je de mensheid gered. Zo bezien doen jullie fantastisch werk en redden jullie meermaals de mensheid.” Zo verwoordde Zijne Majesteit Koning Willem-Alexander op 14 januari zijn waardering voor de medewerkers van 113 Zelfmoordpreventie. De Koning bracht een digitaal werkbezoek aan de organisatie om met hulpverleners, vrijwilligers en onderzoekers van gedachten te wisselen over hun werk en de impact van de coronapandemie op het welzijn van mensen.
Gemiddeld overlijden in Nederland elke dag vijf mensen door zelfdoding. Sinds 2013 is het aantal suïcides in Nederland min of meer stabiel gebleven. Manager onderzoek Renske Gilissen vertelde de Koning dat ook in het coronajaar 2020 het aantal mensen dat suïcide pleegt niet was toegenomen. Wel is het zo dat de gevolgen van crises vaak pas later zichtbaar worden. Zelfdoding is doodsoorzaak nummer 1 onder jongeren van 10 tot 25 jaar. Zestig procent van de mensen die overlijden door suïcide is niet in beeld van de GGZ.
De missie van 113 Zelfmoordpreventie is dat niemand eenzaam en radeloos sterft door zelfmoord. Iedereen kan daar in de eigen omgeving aan bijdragen. Hiervoor is een gratis online training beschikbaar. Bestuursvoorzitter Monique Kavelaars: “Als je mensen kent van wie je weet dat ze het psychisch moeilijk hebben, kun je zelf ook wat doen door contact te maken en het gesprek aan te gaan.”
Geloofsbrieven en afscheidsaudiënties ambassadeurs
In 2021 ontving Zijne Majesteit de Koning tweeënveertig ambassadeurs ter overhandiging van hun geloofsbrieven. Achtereenvolgens betrof dit de ambassadeurs van El Salvador, Saudi-Arabië, Italië, Roemenië, China, Suriname, India, Bulgarije, Dominicaanse Republiek, Filipijnen, Colombia, Sri Lanka, Thailand, Tunesië, Mauritius, Haïti, Lesotho, Singapore, Nigeria, Bosnië-Herzegovina, Noord-Macedonië,Chili, Ghana, Duitsland, België, Zweden, Pakistan, Maleisië,Denemarken, Estland, Jordanië, Georgië, Bolivia, Ierland, Qatar, Tsjaad, Jamaica, Tonga, Nepal,Namibië, Bhutan en Zimbabwe.
Daarnaast kwamen vijftien ambassadeurs op afscheidsaudiëntie bij de Koning. Achtereenvolgens waren dit de ambassadeurs van Zweden, Cuba, Oekraïne, Duitsland, Estland,België, Denemarken, Kosovo, Ierland, Israël, Irak, Nieuw-Zeeland, Portugal, Griekenland en Verenigde Arabische Emiraten.
18 januari: Blue Monday
De feestelijke decembermaand voorbij, de goede voornemens weggesmolten, de dagen koud en de lente ver weg. Medio januari voelen veel mensen een dip. Symbool van dat gevoel is ‘Blue Monday’, zogenaamd de deprimerendste dag van het jaar. Ieder jaar besteedt stichting MIND op deze dag extra aandacht aan somberheid en depressie. Op ‘Blue Monday’ 18 januari sprak Hare Majesteit Koningin Máxima digitaal met hulpverleners en ervaringsdeskundigen over deze onderwerpen, met speciale aandacht voor de invloed van het coronavirus op de mentale gezondheid van jongeren.
Een van haar gesprekspartners was Stefan Wendel. Hij kampte lang met depressieve gevoelens en vond een uitlaatklep in het hardlopen en in eerlijke gesprekken met anderen: “Toen ik eenmaal begon mijn verhaal open te gooien, merkte ik dat anderen ook makkelijker de drempel overstapten om mij hun verhaal te vertellen.” ‘Hoe groot is het stigma bij het praten over depressie?’, wilde de Koningin weten. Student Kanysha Hilberink zag enige vooruitgang: “Ik denk dat het stigma bij de jongere generatie nu minder is, hoewel de communicatie met ouders nog wel beter kan. Het is belangrijk dat we het onzichtbare zichtbaar maken en dat we mentale gezondheid net zo bespreken en behandelen als een gebroken been.”
De coronapandemie maakte het niet gemakkelijker om somberheid de baas te blijven, vertelde influencer Govert Sweep. “Structuur is zó belangrijk. Het gevoel dat je ergens heen moet, zorgt dat je uit je bed komt.”
20 januari: Van werk naar werk
De coronacrisis bracht het Nederlandse bedrijfsleven hevig in beroering, maar de impact ervan was niet voor elke bedrijfstak gelijk. Een aantal sectoren profiteerde van de veranderde omstandigheden, terwijl bedrijven in andere sectoren zwaar getroffen werden en medewerkers moesten ontslaan. Als lid van het Nederlands Comité voor Ondernemerschap is Hare Majesteit Koningin Máxima nauw betrokken bij de vraag hoe mensen zo goed mogelijk van werk naar werk geholpen kunnen worden. In dat kader bracht zij op 20 januari, samen met SER-voorzitter Mariëtte Hamer, een digitaal werkbezoek aan Station 88 Huis voor Ondernemerschap en Innovatie in Tilburg. Dit is een organisatie voor ondernemers in Midden-Brabant die kennis willen delen. Aan de orde kwam onder andere het platform Werk-Samen. Dit is in maart 2020 opgezet om MKB-bedrijven te ondersteunen die kampen met personeelstekorten of juist mensen teveel hebben. Het platform brengt vraag en aanbod bij elkaar. Medewerkers kunnen op regionaal niveau via detachering worden uitgewisseld. Zij behouden het arbeidscontract bij hun oorspronkelijke werkgever om na verloop van tijd weer terug te kunnen keren. Maarten Wolters van klantcommunicatiebureau Pondres en Noor van Roessel van evenementenbureau De Commanderie vertelden over hun samenwerking op dit gebied. Maarten Wolters: “Ook na corona is deze aanpak de moeite waard. Aangepaste wetgeving kan een belangrijke bijdrage leveren aan de groei van samenwerkingsverbanden tussen bedrijven. Daarmee kunnen we de behoefte aan flexibiliteit van klanten en werkgevers en werkzekerheid voor werknemers combineren.”
21 januari: Boekenliefhebbers
Voor veel boekliefhebbers zijn het dierbare uren: in een boekwinkel snuffelen tussen de kasten en inspiratie opdoen voor nieuwe leeservaringen. Ons land telt nog zo’n 475 zelfstandige boekwinkels, maar hun positie staat onder druk. Toen fysieke winkels door de coronamaatregelen hun deuren moesten sluiten, kregen boekverkopers het zwaar te verduren met omzetdalingen tot 80 procent. Zijne Majesteit Koning Willem-Alexander nam het initiatief tot een videogesprek op 21 januari met directeur Anne Schroën van de Koninklijke Boekverkopersbond, directeur Eveline Aendekerk van Stichting Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek en een drietal boekverkopers uit Maastricht, Den Haag en Nijmegen. Een van hen was Monique Kauffman van Dekker v.d. Vegt in Nijmegen. Zij wist in 2014 samen met een compagnon de boekwinkel te redden uit het faillissement van Polare, met steun van enthousiaste boekenliefhebbers die binnen zes dagen 150.000 euro bijeenbrachten. Monique Kauffman schetste de ernst van de situatie: “De eerste golf was een eitje vergeleken met wat we nu meemaken. Toen we op 15 december dicht moesten, zag ik het echt even niet meer zitten.” Monique zette binnen enkele dagen een bezorgsysteem op, waarbij eigen medewerkers op de fiets boeken bij klanten afleveren. “De fysieke boekhandel heeft zo’n cruciale rol als het gaat om debutanten een kans te geven en nieuwe titels naar het publiek te brengen” betoogde Eveline Aendekerk. “Om dat in stand te houden voor de Nederlandse cultuur is het essentieel dat u de branche hier doorheen trekt”, zei de Koning.
27 januari: Film in actie
Door de coronarestricties daalde het aantal bioscoopbezoeken in 2020 met meer dan de helft. Filmproducties kwamen stil te liggen, filmfestivals konden niet doorgaan en filmmakers zagen hun projecten in gevaar komen. Een grote productie als ‘Slag om de Schelde’ kon op 14 december 2020 nog op het nippertje in première gaan, vlak voor de lockdown die bioscoopbezoek onmogelijk maakte. Zijne Majesteit Koning Willem-Alexander wilde zich graag op de hoogte stellen van de stand van zaken en bracht op 27 januari een digitaal werkbezoek aan de bioscoop- en filmbranche. Hoewel de gespreksdeelnemers hun zorgen niet onder stoelen of banken staken, was het zeker geen somberheid troef. “Covid heeft in onze sector ook voor veel saamhorigheid gezorgd”, zei Pim Hermeling, distributeur van ‘Slag om de Schelde’. “Samen met het Filmfonds en de exploitanten hebben we de handen ineen geslagen. Er is een enorme bereidheid om er samen toch een succes van te maken.” “Het gaat goed met de Nederlandse film, er zijn veel makers opgestaan en het is belangrijk daar steun aan te blijven geven”, zei Eché Janga, regisseur van de film Búlado, die in 2020 een Gouden Kalf won.
Ook in de filmtheaters bleek het optimisme niet gedoofd te zijn. “Mensen willen uitgaan, willen samen zijn. En ze willen zich mooie verhalen laten voorschotelen”, zei Pepijn Kuyper, directeur van LantarenVenster in Rotterdam. “Zodra de deuren opengaan staat het publiek weer op de stoep.”
28 januari: ‘Dit hakt er echt in’
Om verspreiding van het coronavirus tegen te gaan kreeg ons land vanaf zaterdag 23 januari te maken met een avondklok: tussen 21.00 uur en 4.30 uur was het verboden om zonder geldige reden op straat te zijn. In de dagen daarna werd het in diverse steden onrustig. Er werden vernielingen aangericht en winkels en horecazaken werden geplunderd. ’s-Hertogenbosch was één van de steden waar een grote groep de avondklok negeerde. Met name op maandagavond ging het er hevig aan toe. Zijne Majesteit Koning Willem-Alexander ging op 28 januari naar ’s-Hertogenbosch om de getroffen ondernemers en iedereen die zich had ingezet om de gewelddadigheden te stoppen, een hart onder de riem te steken. Samen met burgemeester Jack Mikkers maakte hij een wandeling door het centrum en ontmoette hij ondernemers, omwonenden, wijkagenten, ME-ers en schoonmakers. Marenda Priens, eigenaar van De Frietzaak, had moeten toezien hoe vandalen het interieur van haar cafetaria verbouwden. “De klap is groter dan ik eerst dacht. Ik slaap voor geen meter. Het hakt er echt in.” De Koning hoorde ook over de vele Bosschenaren die de bezem hadden gepakt om de ravage in de binnenstad te helpen opruimen. Tegen Maaike Neuféglise, eigenaresse van een geplunderde Primerawinkel zei hij: “Ik ben blij hier langs te kunnen komen, ondanks dat u het symbool bent geworden, aan de ene kant van de verschrikking en aan de andere kant van de kracht die van Den Bosch uitgaat.”