Financiën Koninklijk Huis

De Begroting van de Koning is de jaarlijkse begroting van de uitgaven die samenhangen met het Koningschap. Deze wordt jaarlijks op Prinsjesdag gepubliceerd.

In de begroting wordt beschreven welke verwachte uitgaven er komend jaar zijn voor bijvoorbeeld personeel en overige kosten. Ook gaat de begroting in op onder andere de jaarlijkse uitkeringen aan de Koning, zijn echtgenote, de vorige Koning(in) en de vermoedelijke troonopvolger. De Begroting van de Koning is opgedeeld in verschillende soorten uitgaven.

Hieronder staat een samenvatting. Kijk voor meer informatie bij Begroting van de Koning en Andere begrotingen binnen de Rijksbegroting.

1. Grondwettelijke uitkeringen leden Koninklijk Huis

De Koning, de echtgenote van de Koning, de vorige Koning(in) en de vermoedelijke troonopvolger krijgen een grondwettelijke uitkering. De andere leden van het Koninklijk Huis ontvangen geen uitkering van de Staat. Alle uitkeringen bestaan uit een A-component en een B-component. De A-component is het inkomen. De B-component wordt gebruikt voor staf en personeel dat direct voor de leden van het Koninklijk Huis werkt, zoals de persoonlijk adviseurs of de Grootmeester. De Grootmeester staat aan het hoofd van de Dienst van het Koninklijk Huis. Ook kan de B-component gebruikt worden voor kosten voor zaken die direct samenhangen met het Koningschap. De post uitkeringen bedraagt € 12,4 miljoen.

2. Functionele uitgaven Dienst Koninklijk Huis

Dit zijn kosten voor personeel en benodigdheden (materieel) van de Dienst van het Koninklijk Huis, die (met name) de Koning, Koningin Máxima en Prinses Beatrix ondersteunt in hun werk en privé. De Dienst van het Koninklijk Huis (DKH) is een organisatie met ongeveer 240 medewerkers. Het gaat om een grote diversiteit aan medewerkers zoals portiers, koetsiers, tuinmannen, lakeien, secretarieel- en administratief medewerkers, archiefmedewerkers en koks. Zij werken onder andere in Den Haag (Paleis Noordeinde, Koninklijke Stallen, Koninklijke Verzamelingen en Paleis Huis ten Bosch), Amsterdam (Koninklijk Paleis Amsterdam), Baarn (Drakensteyn) en Apeldoorn (onder meer Kroondomein Het Loo). De uitgaven bedragen voor 2025 € 38,4 miljoen.

3. Doorbelaste uitgaven

Naast de Dienst van het Koninklijk Huis zijn er nog drie andere organisaties die dagelijks werkzaamheden uitvoeren met betrekking tot het Koningschap. Deze organisaties vallen onder de verantwoordelijkheid van het Ministerie van Algemene Zaken (Kabinet van de Koning en de Rijksvoorlichtingsdienst) en het Ministerie van Defensie (Militair Huis). De uitgaven bedragen voor 2025 € 8,1 miljoen.

Kosten buitenom de Begroting van de Koning

Uitgaven voor de paleizen, staatsbezoeken en beveiliging staan niet op de begroting van de Koning maar op begrotingen van andere ministeries van de Rijksoverheid. Omdat deze kosten niet op de begroting staan van de Koning maar wél samenhangen met het Koningschap, zijn deze in de begroting van de Koning opgenomen als bijlage. Deze kosten bedragen gezamenlijk € 21,1 miljoen.

Infographic Begroting van de Koning 2025

Overzicht van alle bedragen (in miljoenen), die op de begroting van de Koning staan. In het onderste overzicht staan de bedragen uit andere begrotingen binnen de Rijksbegroting die met het Koningschap te maken hebben.

Vergroot afbeelding Infographic begroting van de Koning 2025

Beeld: ©RVD