Toespraak door Prinses Laurentien, 8 december 2007

Opening van het Jubileumcongres Genootschap Onze Taal ‘Onze taal, onze toekomst’, Utrecht

Dames en heren, of misschien moet ik zeggen: Goeiemoggel,

De Turkse schrijver Ahmet Altan verwoordt zijn intense relatie met zijn moedertaal, het Modern Turks, met gevoelens waar wij ons denk ik allen in kunnen vinden: "Van niets ben ik zo bang het te verliezen als mijn moedertaal. Met woorden val ik in slaap, en met woorden word ik wakker. Een groot aantal feiten waar ik blind voor was toen ik ze meemaakte, dringen tot me door als ik de woorden naast elkaar zet, slechts met woorden kan ik afdalen in de diepte van mijn gevoel." Interessant is dat 75 geleden niet alleen Onze Taal werd opgericht, maar ook Türk Dil Kurumu, de Turkse Taalvereniging!
Dus er is iets zo eigen zo universeel als taal?

Mijn complimenten aan de bedenkers van het thema van deze bijeenkomst. Het getuigt van een dynamisch taalbegrip en van de wens om vooruit te kijken. Drie belangrijke toekomstvragen zitten kunstig verpakt in het congresthema "Onze taal, onze toekomst":

  • Wat is de context waarin onze taal zich ontwikkelt?
  • Wat is de toekomst van onze taal in die context, en wat wordt er met "onze" taal bedoeld?
  • Wat is de toekomst van de organisatie Onze Taal tegen de achtergrond van de veranderingen van de maatschappelijke context en de rol van taal daarin?

Eerst: de context

Er zijn natuurlijk veel wetenschappelijke taalkundige aspecten die wij in acht moeten nemen als wij over de toekomst van onze taal nadenken. Ik zou het graag van buitenaf willen benaderen met de stelling dat de maatschappelijke context de ontwikkeling van taal vormt en niet andersom. Taal, taalbegrip en taalgebruik staan niet op zich. Wij moeten veranderingen van de maatschappelijke context herkennen, erkennen en begrijpen - en bezien hoe deze de taal beïnvloeden. De meest wezenlijke veranderingen hebben te maken met de toegenomen snelheid, bereikbaarheid en pluriformiteit van de interactie tussen mensen en de rol van communicatie en informatie hierin.

Ik licht vijf van deze veranderingen toe. Ook ik probeer in die veranderingen mee te komen. Dit is het pictogrammen-tijdperk .... dus af en toe laat ik mijn ondersteunen door beelden....

Veranderende communicatiekanalen die ons in staat stellen om altijd en overal met woord en tekst met elkaar te communiceren. Binnen 25 jaar zijn fax, de computer, de mobiele telefoon, sms, skype en andere communicatiekanalen onze levens gaan domineren. Precies 15 jaar jaar geleden werd met de woorden "Merry Christmas" de eerste sms verstuurd - waar deze week onder andere met deze krantenkop aan werd gememoreerd []. Dagelijks worden miljarden sms'jes verstuurd en ontvangen. Een technisch snufje werd een cultureel fenomeen - met bijbehorend taalgebruik zoals u ook in deze reclameuiting kunt zien en horen. [op scherm: Goeiemoggel - reclamespot van KPN, ]

Communicatie is directer geworden; informatie wordt steeds sneller met elkaar uitgewisseld. Voor jongeren gaat zelfs e-mail te langzaam. Chatten via MSN of een zogenoemde krabbel achterlaten op Hyves.. dat is de wijze waarop met name jongeren communiceren. Deze week werd de vijf miljoenste deelnemer van Hyves verwelkomd. Ook hier kan het niet anders dan dat dit invloed heeft op het taalgebruik. "Is dat niet zorgwekkend?", wordt mij vaak gevraagd. Ik heb niet de deskundigheid om deze vraag vanuit de linguistiek of vanuit cultureel-historisch perspectief te beantwoorden.

Vanuit mijn vakgebied communicatie zie ik taal vooral als een communicatiemiddel dat essentieel is om elkaar te begrijpen en van elkaar te leren en dus om samen te kunnen leven. Dat de communicatie van jongeren onderling niet altijd volgens de formele conventies gaat hoeft daarin niet altijd een probleem te zijn, als mensen de afgesproken convensies maar wel begrijpen. Gezien vanuit mijn werk op het gebied van geletterdheid en leesbevordering zie ik wel welke enorme obstakels gebrekkige taalvaardigheid veroorzaken met name in meer formele en zakelijke situaties. Ik uit dus wel de hoop dat jongeren evenzo vlot sollicitatiebrieven schrijven en de krant lezen als zij onderling communiceren in hun "eigen taal"... Gemak van communicatie staat duidelijk centraal [op scherm: voorbeeld van MSN-dialoog, ]. Als gemak omslaat in gemakzucht wordt het wel zorgwekkend...

De omgang met informatie is ook drastisch veranderd. Dit heeft verregaande gevolgen voor de sociale en professionele interactie tussen mensen. Kennis - of vermeende kennis - van de wereld is altijd binnen handbereik. Dit heeft ook belangrijke gevolgen voor de verwachtingen die wij van elkaar hebben als het gaat om het beschikken en overdragen van kennis. Ter illustratie: niet lang geleden was ik in de Elzas. Hier bezocht ik de beroemde humanistische bibliotheek van Sélestat, opgericht in 1452. Een indrukwekkende collectie.. []

Tijdens de rondleiding vertelde een deskundige bibliothecaris geanimeerd over deze bibliotheek, de boekdrukkunst en humanisten zoals Jacques Wimpfeling en Beatus Rhenanus, een vriend van Erasmus. De rondleiding ging een bevriende bankier in ons gezelschap niet snel genoeg. Hij googelde "Selestat" op zijn Blackberry en [] binnen een paar minuten wist hij alles over de bibliotheek en kon hij gaan koffiedrinken, na de bibliothecaris op een klein foutje in zijn betoog te hebben gewezen. Informatie binnen handbereik... Het geeft ons een immens gevoel van individuele vrijheid - en daarmee een gevoel van macht. Het is bepalend voor de manier waarop wij in de wereld staan en naar de wereld kijken.

Informatie is er altijd en is overal, meestal in schriftelijke vorm. We komen dus ook constant in aanraking met taal. Daarnaast zijn individuen steeds meer op zichzelf aangewezen om informatie in te schatten, te filteren en toe te passen, om contacten te leggen en zichzelf te ontwikkelen. Dit geeft mensen de vrijheid om hun leven zelf vorm te geven. Maar tekortkomingen op dit gebied brengen mensen in een kwetsbare positie. Wij mogen er niet aan voorbij gaan dat een hele grote groep mensen niet mee kan komen met alle veranderingen, met alle gevolgen van dien, ook op taalgebied. Over zorgwekkend gesproken...

Ten derde: de veranderende kwaliteit en uniformiteit van informatie. Informatie en communicatie zijn nu in principe van en voor iedereen. Er bestaan steeds minder formele filters om vorm en inhoud van informatie te publiceren. Wat vroeger door een klein groepje deskundigen werd beoordeeld, kan nu zonder filters worden gedeeld met anderen. Iedereen, ook u, kan eigen uitgever zijn van muziek, beeld en tekst. Het brengen van het nieuws is niet langer alleen het domein van professionele journalisten. Met google, blogs, hyves en websites zijn wij allen potentieel vermeende journalisten, ook nog eens allemaal uitgerust met een fotoapparaat en natuurlijk een gezonde eigen mening.... Wij maken het nieuws. Om u een idee te geven: er bestaan wereldwijd naar schatting 150 miljoen websites - 40 miljoen meer dan een jaar geleden. Onderzoekers schrijven dit toe aan de groei van het aantal weblogs. Dit is ook van betekenis voor de standaardisering van taal en taalgebruik. Wat is wel en niet "correct taalgebruik"? [] Taal incorrect gebruiken met humor als drijfveer is eigenlijk alleen doeltreffend - en grappig - als de ontvanger ook weet dat het incorrect is. Maar weten bezoekers van die sites nog wel dat het niet correct is?

Dan is er de verhoogde snelheid van ons leven... als werkende moeder met drie kinderen weet ik uit ervaring dat de hectiek van het combineren van verschillende taken ook een effect heeft op aandacht voor gebruik van taal in communicatie met de omgeving. Daarom zal ik proberen taalfouten van mijn kinderen te corrigeren, net als mijn moeder vroeger. Er is te weinig tijd voor een gedegen briefwisseling. Communicatie is vooral kort en zakelijk. Wij noemen dit in goed Nederlands multitasking.. De Van Dale definieert dit trouwens als "het gelijktijdig verrichten van verschillende taken door één apparaat of organisatie"... nu begrijp ik eindelijk waarom multitasking "onmenselijk" wordt genoemd...!

De toenemende diversiteit van achtergronden van mensen binnen onze samenleving is ook van invloed op taal. Wij moeten ons natuurlijk wel realiseren dat dit altijd zo is geweest, de hele geschiedenis door. Met globalisering en Europese integratie staat diversiteit ook nu centraal. Dit uit zich onder andere in meertaligheid. Het recent uitgegeven boek "Overeind in Babel" (geïnspireerd door "The Genius of Language") geeft aan dat meertaligheid niet alleen verrijkend, maar simpelweg de realiteit is. Taalgebruik kan niet anders dan veranderen wanneer een Nederlandsprekende jongere ondergedompeld wordt in het Engels via de televisie; of vrienden heeft met als moedertaal het Turks, Marokkaans, Surinaams of welke andere taal dan ook. Uit deze invloeden is bijvoorbeeld "de straattaal" ontstaan.

Maar ik zou het breder willen trekken dan meertaligheid. Want ons sociaal verkeer is niet alleen verrijkt door invloeden van andere talen. Interactie is ook complexer geworden door de verschillende niveaus van taalgebruik - en taalbeleving - van mensen. Ik noemde het al. Wij kunnen niet langer voor weglopen voor de schrikbarend hoge percentages van taal, lees-en schrijfachterstanden onder volwassenen en kinderen, ook mensen voor wie het Nederlands de eerste taal is. Diversiteit gaat verder dan meertaligheid.

Ik zou dit "multitaliteit" willen noemen - verschillende niveaus van taalbeleving en taalbegrip en de manieren waarop wij invloeden op taal toelaten. Het roept veel vragen op, welllicht ook relevant voor dit congres, zoals "verstaan wij elkaar eigenlijk wel, ook al spreken wij dezelfde taal?" "Komen de definitie van ''onze taal en de beleving ervan overeen"? "wat hebben mensen nodig op taalgebied om actief deel te kunnen nemen aan de maatschappij?''

Multitaliteit heeft dus ook te maken van de duiding van woorden. Ik weet niet of u het weet, maar als een Turkse man zou zeggen dat hij is getrouwd met een "paard van een vrouw", bedoelt hij dat hij is getrouwd met een loyale, sterke en beeldschone vrouw. En jongeren gebruiken graag het woord "gruwelijk'' of het woord "lauw'' waar voorheen "gaaf" en "cool" werden gebruikt - hier kan dus ook een spraakverwarring tussen generaties ontstaan. In tegenstelling tot "multitasking' heb ik "multitaliteit" trouwens niet in de Van Dale gevonden...iets voor de volgende uitgave misschien?

Deze veranderingen geven een interessant beeld van de huidige mens - en in ieder geval de mens van de toekomst: [] haastige mensen die voortdurend met elkaar in verschillende contexten, talen en dialecten bellen, teksten en chatten. De toekomstige mens gaat hyvend, googelend, multitalend en multitaskend door het leven. Ik denk dus dat we een rooskleurige toekomst hebben.

Wat betekent dit nu voor de toekomst van Onze Taal.... het Genootschap?

De ontwikkeling over de afgelopen 75 jaar van het Genootschap is al even dynamisch als de taalontwikkelingen die ons allen zo interesseren en aan het hart gaan. Deze parallel zegt al genoeg. Als beschermvrouwe van deze organisatie ervaar ik de discussie over de rol, toegevoegde waarde en toekomst van onze organisatie als stimulerend en uiterst relevant.

Het Genootschap Onze Taal staat voor een verantwoord gebruik van onze taal. Ergens voor staan is niet hetzelfde als ergens voor gaan.... Dat is een eerste afweging die wij moeten maken: zijn wij statisch of dynamisch? Statisch heeft vaak een negatieve bijsmaak in een wereld die overloopt van dynamiek... maar als dynamiek hectiek betekent, is statisch misschien nog niet zo slecht. Want statisch betekent niet alleen "zonder beweging", maar ook "evenwichtig". Hoe dan ook, het antwoord op deze vraag is van belang voor de verdere kracht van de organisatie. In mijn ervaring maakt iedere organisatie die in zijn doelstellingen hinkt op verschillende gedachten, het zich onnodig moeilijk, zo niet onmogelijk. Waar wij ook voor kiezen... het zal bijdragen aan een heldere toekomst.

Opgericht als een platform voor taalpuristen en deskundigen zoals u, zoals wij, ook al is mijn deskundigheid heel gering, heeft het Genootschap zich ontwikkeld tot een platform van en voor taalliefhebbers. Wij kunnen ons dus met name richten op het behoud van waar wij voor staan: het verantwoord gebruik van onze taal. Deze optie heeft dus te maken met Onze Taal als taal-autoriteit met begrip voor de rol van taal in een maatschappelijke context. Dit zou heel goed kunnen, vanuit de gedachte dat taal drager is van cultuur en geschiedenis - en dat iemand zich dus verantwoordelijk moet voelen voor het behoud van die drager. Dit is op zich van wezenlijk belang - en soms misschien wel onderschat in de hectiek van allerlei maatschappelijke discussies.

Purisme is in een meertalige en multitalige wereld achterhaald, maar het concept van taalzorgvuldigheid blijft natuurlijk relevant. In een samenleving die in constante verandering is, is het geven van helderheid en zekerheid nog niet zo slecht. De Taaladviesdienst, maar ook het tijdschrift Onze Taal passen heel goed binnen deze optie.

Een belangrijke vraag is dan wel hoe wij hier jongeren bij betrekken, want zij zijn de toekomst van onze taal. Dat vraagt om de juiste activiteiten voor de juiste doelgroep. Ik denk bijvoorbeeld aan activiteiten als Doe Maar Dicht Maar en Nightwriters. Poëzie- en schrijffestivals waarbij jongeren zelf dichten en schrijven en op die manier taalgevoel en taalplezier ontwikkelen. Het is ook een manier om de culturele waarde te leren waarderen van taal.

Naast de optie "staan voor taal", is er de optie "gaan voor taal" - de dynamische optie voor de organisatie. Dit is een veel meer vraag-gedreven richting. In dit geval moeten wij niet alleen inzicht hebben in hoe taal wordt gebruikt, maar evenzeer in de vraag om dat gebruik te helpen faciliteren en te verbeteren. Wat hebben jongeren en andere taalgebruikers nodig? Dit zou ook vanuit het oogpunt van multitaliteit benaderd moeten worden - niet alleen uit meertaligheid. Binnen deze toekomstvisie is er weer een waaier van mogeljkheden.

Zoals ik zei, taal verandert doordat de gebruikers veranderen en andere invloeden van buiten meenemen. Het zou een mooie uitdaging zijn om ook deze, vaak jonge gebruikers, aan ons Genootschap te binden. En ook journalisten, ook van internet blogs - zijn taalliefhebbers of zouden dat moeten zijn. Taal is hun werk. Genereer een dynamische en positieve dialoog vanuit een wederwijds besef van het belang van taal. Onze Taal als taalpodium. En ja, er zijn zeker veel jongeren die zich in taal interesseren. Neem bijvoorbeeld "bruTAAL" [].... hun website "hoebrutaalbenjij.nl" is de moeite waard.

Afsluiting

Ter afsluiting... ik had niet de pretentie om alle antwoorden te geven op de vragen over het thema "Onze taal, onze toekomst" - zeker niet gezien de unieke hoeveelheid taaldeskundigheid en liefde voor taal die hier aanwezig is. Ik heb een aantal gedachten met u gedeeld, vanuit het perspectief dat taal nooit helemaal een doel op zich is. Want is taal niet een onmisbaar instrument voor het uiten van gedachten en gevoelens, voor het dragen en overdragen van cultuur? Taal is een voorwaarde om volledig aan de samenleving deel te nemen. Het geeft ons toegang tot elkaar en tot werk.

Het is een uitdagende toekomst. Samen hebben wij een rol om te bepalen waar de grenzen liggen van het bewaren, bewaken en het uit handen geven van "onze" taal aan de gebruikers.

Als beschermvrouwe van dit bijzondere Genootschap volg ik deze ontwikkeling met waardering en interesse. Van 16 mei 1931 op naar de volgende 75 jaar. Hoe zullen mensen in 2081 de volgende 75 jaar van Onze Taal vieren? Weer tijdens een publiekscongres? Misschien is dat idee wel achterhaald en ontmoeten mensen elkaar via een virtuele taalgemeenschap op "Second Life" [] - wat tegen die tijd natuurlijk "Fourth Life" heet...

Hoe dan ook:

[] De toekomst van (O)(o)nze (T)(t)taal zal het leren!

Voor vandaag wens ik u veel inspiratie en multitaliteit.

Dank u wel.