Toespraak van Koning Willem-Alexander ter gelegenheid van de uitreiking van de Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst 2019, Amsterdam
Dames en Heren,
Dank U wel, Mevrouw Van den Bosch, voor Uw voordracht en toelichting.
We naderen het 150-jarig bestaan van de Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst. Over twee jaar, in 2021, is het zover.
En dat gaat U als juryvoorzitter nog meemaken.
Wat geweldig dat deze aanmoedigingsprijs nog steeds zoveel jonge kunstenaars weet te inspireren en dat U – samen met de andere leden van de jury – de traditie levend houdt.
Gisteren waren Koning Felipe en ik in het Rijksmuseum voor de opening van de Spaans-Nederlandse tentoonstelling Rembrandt-Velázquez.
Twee landen die in de zeventiende eeuw in vrijwel alles van elkaar verschilden.
Twee grootmeesters in de schilderkunst.
Twee culturele ‘Gouden Eeuwen’, als ik dat begrip in dit gezelschap tenminste nog mag gebruiken…
Het viel me opnieuw op hoe schilderijen
je kunnen béétpakken en kunnen overweldigen.
Je kunt niet uitleggen hoe dat komt. Woorden schieten tekort.
Neem het zelfportret van Rembrandt als de apostel Paulus en de Nar van Velázquez.
Beiden kijken je aan met een blik die binnendringt in je ziel.
Iedere kunstenaar heeft de ambitie om ons als toeschouwer te raken. Op welke manier dan ook. Kunstenaars willen iets met ons doen.
Ontregelen of troosten.
Fascineren of schokken.
Opvrolijken of kwaad maken.
Prikkelen of tot rust brengen.
Ontroeren of verbazen.
Kunstenaars kunnen het hebben voorzien op ons hart of ons hoofd.
Ze kunnen werken op onze traanklieren of onze lachspieren.
Dat is allemaal goed.
Er is eigenlijk maar één criterium voor kunst. En dat is dat zij ons niet onberoerd laat.
Voor mij – en ik hoop voor U allemaal –
is deze expositie daarom elk jaar weer een moment om naar uit te kijken. Uit de meer dan tweehonderd jonge kunstenaars die werk hebben ingezonden, heeft de jury er vijftien geselecteerd op basis van de bijzondere zeggingskracht van hun werk.
Allemaal zijn ze in Nederland actief. Maar hun wiegen stonden op vijf verschillende continenten.
Mooi hoe dit Paleis opnieuw werelden verbindt, net als op de wereldkaarten onder Uw voeten!
De drie winnaars van dit jaar laten de internationale dimensie van de Koninklijke Prijs heel goed zien.
Leo Arnold is geboren in Londen en is met zijn 26 jaar een van de jongste kunstenaars die vandaag zijn werk presenteert. Momenteel woont en werkt hij hier in Amsterdam.
Zijn werk is gewijd aan de liefde. Maar verwacht van hem géén romantische plaatjes of platonische taferelen! Het gaat er op zijn schilderijen expliciet en ongeremd aan toe.
Dankzij het formaat van anderhalf bij twee meter kunnen ook degenen onder U die hun leesbril zijn vergeten, daar in volle glorie van genieten.
Het werk van Leo Arnold is intens en brutaal, maar ook kwetsbaar en droevig. Het doet iets met de toeschouwer op veel verschillende manieren en dat is knap.
Zoals mijn moeder ons vanaf onze prille jeugd bijbracht tijdens bezoeken aan musea: ‘bloot is vies en naakt is kunst’…
U kunt het straks zelf ervaren.
Onze tweede winnaar: Cian-Yu Bai is een dierbare bekende.
Al drie keer wist ze tot de eindselectie door te dringen, maar nog nooit beklom zij het erepodium. De aanhouder wint! Vier keer is scheepsrecht vandaag.
Cian-Yu Bai is geboren in Taiwan, en werkt al vele jaren in Nederland. Haar schilderijen hebben een dromerige sfeer. Je wordt er als het ware ingezogen. Figuren vervloeien met hun omgeving en lijken te zweven.
Haar poëtische stijl is direct herkenbaar en toch is elk werk uniek.
Een heel bijzondere winnaar.
Dan hebben we ook een winnaar wier wieg ‘gewoon’ in Nederland stond, in Den Haag om precies te zijn: Machteld Rullens.
Zij laat zich niet inperken door het platte vlak. Haar werken zijn meer sculpturen dan schilderijen. Kleine kartonnen dozen als geheime opbergruimten.
Je bent benieuwd wat erin zit. ‘Angsten en ervaringen’, volgens de kunstenaar. Daarmee worden haar werken een soort magische medicijnkastjes. U kunt straks nagaan wat dit werk met U als toeschouwer doet.
Vijftien jonge talenten, onder wie drie winnaars.
Ik wil de jury - met de nieuwe leden Maaike Schoorel en Heske ten Cate - hartelijk danken voor hun inzet. Met veel plezier neem ik Uw voordracht over.
Mijn hartelijke gelukwensen aan de drie winnaars van de Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst 2019. Ik nodig hen graag uit naar voren te komen:
Leo Arnold;
Cian-Yu Bai;
Machteld Rullens.